Het is nog niet zover, maar dít is wat er zou kunnen gebeuren als de Mexicaanse griep ook in Nederland zou toeslaan: sluiting van scholen, afgelasting van sportwedstrijden en andere evenementen, het annuleren van theatervoorstellingen en concerten, een verbod op vergaderingen (tenzij via beeldverbinding) en een streng advies om toch maar vooral niet samen te scholen. Evenals de dwingende raadgeving aan griepgeïnfecteerden om toch maar zo veel mogelijk thuis te blijven. Enzovoort.
De Rotterdamse viroloog prof. dr. Ab Osterhaus van het Erasmus Medisch Centrum spreekt van ‘social distancing’, of in goed Nederlands: “Met z’n allen een beetje afstand tot elkaar houden om zo de onderlinge kans op besmetting met het nieuwgevormde griepvirus, en dus verspreiding ervan, zo klein mogelijk te houden.”
Dat ‘onderling afstand houden’ maakt ook nu wezenlijk deel uit van het nationale pandemiedraaiboek dat in werking treedt zodra door de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) een wereldwijde epidemie van de ‘Mexicaanse griep’ wordt afgekondigd.
De kans op een wereldwijde uitbraak van dit nieuwe griepvirus waartegen de mens nog niet bestand lijkt, wordt met de dag een beetje groter. Bezorgdheidsfase-4 is sinds maandagavond van kracht (‘Mensen kunnen elkaar besmetten’), maar als de noodsignalen van 5 naar 6 springen is het goed mis.
“Een beetje griezelig wordt het wel”, vinden ineens steeds meer mensen, zeker nu de berichtgeving intenser wordt over de griepgebeurtenissen in tal van landen. De vragen over wat wel en niet te doen, ter bescherming van jezelf of een ander, worden talrijk. Zo worden inmiddels het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) in Bilthoven, het Erasmus MC, maar ook onze redactie, plat gebeld en gemaild. En dat terwijl enkele dagen geleden de Nederlandse bevolking nog volkomen nuchter op de verwikkelingen reageerde.
De praktische vragen zijn legio. Onder meer of dit griepvirus dat is ontstaan uit een combinatie van varkens-, vogel- en menselijke influenzavirussen al in Nederland voorkomt? Professor Osterhaus: “Gisteravond nog niet.” Blijft het virus gevaarlijk op een trapleuning of een deurknop? “Ja!” stelt Osterhaus. “Als een geïnfecteerd persoon in zijn hand niest en vervolgens de leuning vastpakt, tja, je zult dan maar net met jouw hand over die besmette plek heen gaan.
Advies: handen wassen, zo veel mogelijk, mét zeep.” Nog een vraag: Moeten we stoppen met het eten van varkensvlees of gevogelte, bijvoorbeeld kipfilet? Antwoord: “Nee. Omdat dit virus niet in varkens of vogels rondgaat.” Wat zijn de symptomen van déze griep: “De symptomen van deze variant bij mensen lijken vooralsnog niet anders of ernstiger dan de ‘gewone’ griep: koorts, koude rillingen, hoofdpijn, spierpijn, moeheid en een droge hoest. De berichten over de huidige griepvariant in mensen zijn niet eenduidig. Bij de zieken in de VS en Canada lijkt deze griep niet anders of ernstiger dan gewone griep. In Mexico worden er ook een aantal gevallen van ernstiger zieken en doden gemeld.”
Wel of geen mondkapjes? Osterhaus: “Kwaad kan het niet, maar het heeft ook niet veel zin om jezelf ermee tegen het virus te beschermen. Zeker niet met de mondkapjes zoals die door tandartsen en chirurgen worden gedragen. Hoogstens geef je er een sociaal signaal mee af: ‘je denkt aan anderen’. Alleen de zware gezichtsmaskers, waarmee wij werken in de viruslaboratoria, zijn afdoende. Maar je houdt het niet lang vol die op te hebben. Als je zelf geïnfecteerd bent, zou je met zo’n kapje de kans op infectie van anderen wél kunnen verkleinen.” Slotvraag: Is een vakantie naar Mexico nog wel veilig? Osterhaus: “Het zou niet mijn eerste keus zijn op dit moment.”
Draaiboeken
Volgens prof. dr. R.A. Coutinho, directeur van het Centrum voor Infectieziektebestrijding bij het RIVM, zijn de draaiboeken voor de bestrijding van een pandemie in Nederland de laatste jaren sterk verbeterd. “Het is duidelijk wie de baas is over wie. Ziekenhuizen weten hoe ze patiënten moeten behandelen, ook als veel van het personeel wegens ziekte zelf afwezig zal zijn. Op een geheime plaats in Nederland liggen 4,5 miljoen doosjes van het antivirale middel Tamiflu klaar, bedoeld om aan zieke patiënten te geven. We hebben gedaan wat we konden doen om ons voor te bereiden. Stoppen kunnen we een eventuele pandemie niet, maar we kunnen de uitbraak vertragen, tot er vaccins zijn ontwikkeld.”
Bron: door René Steenhorst, De Telegraaf